Reisverhaal «USA 2»
Canada & Noord Amerika
|
Verenigde Staten
|
0 Reacties
01 Oktober 2016
-
Laatste Aanpassing 14 Oktober 2016
01/10 Regen-met bakken, 11°C. Naar Gettysburg gereden en het Gettysburg National Military Park opgezocht. Dit museum toont eveneens een massa feiten en artefacten maar dan meer specifiek over de gebeurtenissen rondom Gettysburg Waar gedurende drie dagen, van 1 tot 3 juli 1863, strijd werd geleverd. Eén van de zwaarste gevechten in de burgeroorlog die, ook al duurde de oorlog nog twee jaar verder, ook een beslissende strijd bleek te zijn. Het gevecht om Gettysburg eiste meer dan 51000 doden, gewonden of vermisten. Er sneuvelden meer mensen dan in elk ander gevecht op Amerikaanse bodem. Een groot deel van het slagveld is ondergebracht in het Gettysburg National Military Park en is verschillende keren groter dan het stadje zelf, dat nog heel origineel oogt. De glooiende heuvels in het park zijn intact gehouden, met behoud van de toenmalige heggen, rotsmuren, heuvels en zelfs kanonnen. Vele monumenten herinneren aan de gebeurtenissen van toen.
Eén van de treffende verwezenlijkingen in het museum is het cyclorama, geschilderd in 1883, door Paul Philippoteaux, een Frans schilder. De muurschildering toont het verloop van de strijd op 3 juli 1863 op een doek van 13 m op 115 m. De voorgrond van de muurschildering werd gedecoreerd met echte artefacten uit de strijd zodat het geheel heel echt lijkt. Opgesteld in een ronde zaal met de bezoeker in het centrum lijk je in het midden van de strijd te staan.
Veel eer krijgt ook toenmalig president Lincoln. Hij sprak in Gettysburg één van z’n meest beroemde speeches bij de inhuldiging van het “Soldiers National Cemetary” in november 1863. Net buiten het museum zit een bronzen Lincoln op een bank en wordt daar geregeld gefotografeerd met bezoekers die graag met hem op de foto willen.
Niet ver van het park staat ook het verblijf van Dwight Eisenhower, de opperbevelhebber van “Operation Overlord” tijdens WO II en later president van de VS (voorganger van JF Kennedy). Nog een “National Historic Site”. Gereden: 87km.
02/10 Grijs weer, droog, 13°C - late namiddag zonnig en 22°C. In Gettysburg nog een aantal sites bezocht die verband houden (uiteraard…) met de gevechten aldaar. Soms is het contact met die dagen in 1863 heel duidelijk, konden rotsen en bomen maar praten… Deze sites bezoeken maakt een mens wel nederig, ten overstaan van al het leed dat hier doorstaan werd (of niet…) beseffen we dat we een goed leven hebben. We hebben het uiteraard niet alleen over deze sites, ook plekken in België en Frankrijk waar beide wereldoorlogen werden uitgevochten, doen je beseffen dat het leven niet voor iedereen even vredevol was. Nog even een gesprek gehad met jongeman die gisteren aan een re-enactment deelnam als soldaat van de Unie. Hij was, in vol ornaat, bezig z’n geweer te poetsen en we wilden hem graag op de foto. Toen ie te weten kwam dat we van België kwamen begon hij meteen over WO I en de plaatsen die hij graag zou bezoeken in Europa. Hij had heel veel respect voor wat de mensen, zelfs in een tijd lang na 1863, nog hebben moeten doormaken. Een respect dat we ook voelden bij de Franse en Poolse re-enactors in Boulogne bij het uitbeelden van het leger van Napoleon.
Verder gereden naar Antietam. Ellen, de stem op onze GPS, leidde ons via kleine wegeltjes naar het Antietam Battlefield. Prachtige weg van Gettysburg, een stukje op de US-15 Maryland binnen tot Thurmont, dan via US-77 west en de US-66 zuid tot Boonsboro, dan de US-34 tot Sharpsburg. Super ! Nog even naar het VC geweest om ons een jaarkaart “America the Beautiful” aan te schaffen en een overzicht van wat het park te bieden heeft. Het plaatselijke museum hebben we (nog) niet bezocht, dat zou wat tè veel geweest zijn. Morgen gaan we op verkenning langs het slagveld waar op 17 september 1862 zich ook weer één van de bloedigste strijdtonelen van de burgeroorlog(BO) heeft afgespeeld. Op één dag vielen hier 23000 ! slachtoffers, gedood, gewond of vermist. De bloedigste slag, op één dag, van de hele oorlog. Gereden: 98km.
03/10 Mistig, nadien zon, 23°C. Eerst op zoek gegaan naar een tankstation met diesel. Niet alle tankstations hebben diesel ter beschikking en omdat er in deze omgeving al niet veel tankstations te vinden waren, verkozen we om toch maar eerst vol te tanken. Maar eerst wat opnames gemaakt van het slagveld want daar hing nog mist waar de zon stilaan door kwam. Na het tanken (24km heen en terug) de route rond het slagveld gemaakt. Toch wel indrukwekkend hoe gedetailleerd alles wordt voorgesteld.
Van Antietam zuidelijker naar Harpers Ferry. Dit oude stadje (1800) ziet er nog bijna hetzelfde uit als tijdens de burgeroorlog, een beetje Bokrijk. Harpers Ferry is nu een National Historic Park. Het speelde tijdens de burgeroorlog een vrij belangrijke rol omdat het op de grens lag van de Unie en het zuidelijker gelegen Virginia (nu West Virginia) waar de hoofdmacht van het Confederale leger lag. Het werd echter al eerder bekend omwille van de acties die John Brown opzette om de afschaffing van de slavernij te bewerkstelligen. Het kostte de man, en verschillende van z’n medewerkers, het leven maar de erkenning voor zijn werk komt nu niet meer enkel van de gekleurde gemeenschap.
Waarom de Amerikaanse burgeroorlog ons zo aantrekt kunnen we niet echt zeggen. Al is geschiedenis altijd boeiend, misschien heeft het te maken met het feit dat deze periode bijzonder goed geboekstaafd is en er zoveel details van gekend zijn. Ik zie ook nogal wat overeenkomsten met de oorlogen die Napoleon moest voeren om Frankrijk te beschermen tegen de heerschappijen die de verlichting niet echt zagen zitten. Voor wie daar meer over wil weten wil ik echt de boeken van Johan Op de Beeck aanraden, juweeltjes.
Van Harpers Ferry tot Frederick om daar te overnachten. Gereden: 111km
04/10 Zon, geen wolkje aan de lucht, 14°C. Richting Washington gereden. Drukke weg, soms 7 rijbanen in één richting, alles vol, soms golfverkeer. Het wegdak was vrij goed maar op de aanwerkingen van bruggen blijft het hotsebotsen. Net zoals in Canada trouwens. We hadden onze GPS ingesteld op het Cherry Hill Park, naar onze informatie de enige camping die op een redelijk korte afstand van de hoofdstad verwijderd ligt en die dus een goede thuisbasis is. De kostprijs is naar Europese normen zeer hoog (68$)
maar we vinden het toch verantwoord omdat we dan ook de hele dag Mwenzi kunnen achterlaten. De camping is trouwens goed uitgerust en douchen en de was doen behoort eveneens tot onze geplande taken. In College Park nog even wat boodschappen gedaan en Ellen bracht ons zonder fout tot aan de ingang van Cherry Hill Park waar we van het vriendelijke personeel een plaats kregen toegewezen. We gaan hier drie dagen overnachten teneinde toch wat van de stad te kunnen bezoeken.
We kunnen ons nog maar moeilijk voorstellen hoe we, zonder GPS, en vooral in zulke grote steden, onze weg nog zouden vinden. De wegbewijzering is hier minimaal en zelfs straatnamen zijn niet altijd aangeduid. Onze Garmin Nuvi met Ellen is een prima stukje techniek waarvoor we heel dankbaar zijn. Gereden: 83km.
05/10 Zon, licht bewolkt, lichte wind, 23°C. Vanmorgen om 6u55 aan de bushalte van de camping een shuttlebus genomen naar Union Station in Washington DC en tickets gekocht voor de “Hop On-Hop Of Bustour”. Kwestie van een hele afstand lopen in te korten en toch zoveel mogelijk te zien. Washington ligt vol bezaaid met musea, de één al wat groter dan het andere, het één al wat moderner dan het andere maar allemaal boeiend genoeg voor een bezoek. We schatten dat je wel enkele weken kan besteden om de belangrijkste te kunnen bezoeken. Maar d’r zijn natuurlijk nog andere bezienswaardigheden die niet zoveel tijd nemen dan een museum en die kunnen we het best doen met dit bus-systeem. We brachten een nader bezoek aan het Lincoln Memorial en Arlington Cemetary waar we o.a. het wisselen van de wacht konden meemaken. Arlington ligt eigenlijk in Virginia, aan de andere zijde van de Potomac rivier, de spreekwoordelijke grens tussen noord en zuid tijdens de burgeroorlog. De gronden waren zelfs eigendom van Robert E. Lee, de opperbevelhebber van de Confederatie - het Zuidelijke leger dus. Onderweg vanop de open bus passeerden we tal van musea, ze allemaal opsommen zou te gek zijn maar zo zijn er o.a. de Smithsonian Institution musea, die vrij toegankelijk zijn en waarvan in dat van “Air and Space” het echte vliegtuig van de gebroeders Wright en de echte Spirit of St. Louis van Charles Lindberg staan. Je hebt er het, dit jaar geopende, indrukwekkende, Museum of African American History, het Museum of American History, het National Gallery of Art, het Museum of Natural History etc. etc. Uiteraard zagen we ook het Ford’s Theatre waar in april 1865, luttele dagen na het einde van de burgeroorlog, president Lincoln vermoord werd door John Wilkes Booth, acteur en fanatiek aanhanger van de confederatie. Mooi zijn het US Capitol, het Washington Monument, het Witte Huis (en hij was thuis…) en het “Institute of Engraving en Printing” waar alle USA-geldbiljetten worden gedrukt … een hééél groot gebouw.
De dag was te kort om nog veel meer te bezoeken, we hebben laat in de middag de metro en de bus terug genomen (1u30 onderweg). Morgen trekken we er op uit om enkele mooie “memorials" te bezoeken en ook het “National Museum of the American Indian”. Dat is de uitverkorene omdat we toch minstens één museum willen bezoeken. Gereden: enkel met shuttle, metro en bus. Mwenzi rust.
06/10 Bewolkt, 15°C. Met bus en metro (of trein zoals ze het hier noemen) naar centrum Washington. Toen het “National Museum of the American Indian” opende moesten we meteen onze rugzakken laten controleren. Een man voor ons droeg, net als ik, een “Leatherman”, die moest hij van één van de bewakers buitenlaten. Toen de man hem buiten het gebouw wilde wegsteken in enkele plantenbakken werd dat geweigerd …hij moest hem nog veel verder ergens gaan “verstoppen”… wat ie dan ook ging doen. We weten niet waar de man met z’n Leatherman naartoe is gelopen. De dame die de controle deed was zelf vrij agressief. Aangezien we deze manier van doen helemaal niet konden waarderen hebben we vriendelijk bedankt voor de gastvrijheid en zijn buitengestapt. Misschien is het begrijpelijk dat men geen tools mag binnenbrengen maar dan moet men een redelijk alternatief voorzien waar je je spullen kan achterlaten en nadien kan oppikken. Zogezegd in functie van de veilgheid … een tool van elke kampeerder. In de supermarkt zagen we onlangs een man boodschappen doen met een wapen in een holster op z’n heup !!! We horen de politiekers nog zeggen “we zullen nooit toelaten dat terroristen ons dagelijks leven gaan beïnvloeden …” wel, ik denk dat de terroristen gewonnen hebben als men een tool als een Leaterman als een wapen gaat beschouwen.
Geen bezoek aan een Smithsonian museum dus, want deze “veiligheidsmaatregelen” zijn daar overal van toepassing. Helaas.
We hebben de rest van de dag nog heel wat andere bezienswaardigheden kunnen bezoeken, het weer was droog en dus goed om de stad nog eens te doorkruisen.
Gereden: bus en metro.
07/10 Bewolkt, 14°C. Vanmorgen nog even Mwenzi in orde gebracht en dan via een drukke ring rond Washington (US-495) tot de US-66. Daar werd het al wat rustiger tot Manassas waar we het Virginia VC bezochten om documentatie en kaarten van Virginia, het Shenandoah National Park en de Blue Ridge Parkway. We werden er getrakteerd op een portie vers gebrande peanuts, het exportproduct van Virginia bij uitstek. Vandaar verder gereden tot Fort Royal waar de noordelijke ingang ligt van het Shenandoah NP. Aangezien we konden zien dat één van de vier campings al volgeboekt zat, zijn we maar meteen doorgereden tot de meest noordelijke camping in het park, Mathews Arm, op 22 mijl (+/- 35km) van de ingang en op 2750 voet hoogte. Dat merken we meteen, het is hier nog amper 7°C met dikke mist ! Aangezien we een “America The Beautiful”-kaart hebben konden we gratis binnen, de camping kost 15$/nacht. Een typische NP-camping. Basic maar net en onderhouden toiletten en wasplaatsen. Onderweg zagen we al Chipmunks, Marmot en White-tailed deer. Zwarte beer zit hier ook, die hebben we liever niet tè dicht op onze site. Shenandoah is een langgestrekt NP van 105 mijl lang. Het wordt in het zuiden opgevolgd door de Blue Ridge Parkway,die op zich 469 mijl lang is en één van Amerika’s mooiste en beroemdste rijweg is. Ook die staat op het programma maar eerst blijven we enkele dagen in het NP.
We willen deze tekst net afsluiten of we zien vanuit Mwenzi (want het regent intussen) een grote Uil een boom invliegen, 15 m verder … een Barred Owl, zo eentje zoals we in Canada al zagen. Hij/zij blijft rustig boven de tent van onze overburen zitten, om zich heen kijkend - 18u15, de jachttijd is aangebroken. Gereden: 184km.
08/10 Regen, regen, de hele afgelopen nacht en ook vandaag heel de dag. Mist, 11°C.
Vanmorgen een ritje gemaakt - dat doe je met zo’n weer - naar het VC. Onderweg gestopt langs de vele uitkijkplaatsen die de weg rijk is maar alleen wolken en de flauwe contouren van het gebergte kwamen in het zicht. Mist is soms mooi, maar je mist wel wat …
Op fotografisch vlak was het een tegenvaller dat de Indian Summer niet doorzette in Canada en ook niet in Maine. Hier is het niet anders, er is maar weinig verkleuring en vandaag zagen we dat de bladval al goed begonnen is. Nog liever afvallen dan kleur te bekennen …
Genoeg oneliners. De Mathews Arm campground is vandaag niet meer zo vol als gisteren, we zagen vanmorgen nogal wat mensen hun boeltje pakken, mestnat. Niet leuk voor een weekendje uit. Het park bied heel wat voor de wandelaar, meer dan 500 mijl aan wandelpaden doorkruisen het park en ook de befaamde Appalachian Trail, die meer dan 2000 mijl lang is kronkelt zich langs de ruggengraat van dit deel van het Appalachen gebergte. Al vanaf 1930 werden er in de Blue Ridge Mountains faciliteiten gebouwd voor recreatie en ontspanning. In 1935 werd dan het Shenandoah National Park opgericht en is de Skyline Drive de enige weg die het park doorloopt. Niet alleen de vergezichten die je vanop deze hooggelegen weg kan bekijken zijn de moeite, ook de flora -en fauna rijkdom is groot. Er zouden meer dan 1100 bloeiende planten groeien waarvan 18 soorten orchideeën, 100 soorten bomen en 47 soorten varens en mossen, honderden soorten fungi. Van de zoogdieren zijn de Groundhog, Raccoon, Bobcat, White-tailed deer en Black Bear de grootsten. Over deze laatsten worden de bezoekers goed voorgelicht. Wat te doen bij het ontmoeten van een beer, wat kampeerders moeten doen en laten op hun kampplaats etc. Voor nog een andere bewoner van het park wordt eveneens gewaarschuwd : de Teek, meer bepaald de White-tailed deer Tick. Deze teek is het hele jaar actief en jaarlijks worden besmettingen met de ziekte van Lyme gerapporteerd. Uitkijken dus tijdens en vooral na een wandeling. Voor vogels hoef je geen veiligheidsmaatregelen te treffen, er komen een 200-tal soorten voor waarvan de Turkey vulture de grootste is, gevolgd door de klepper die we gisteren-avond nog eens goed konden observeren, de Barred Owl.
Gereden: 81km.
09/10 Zon ! 1,5°C tot 13°C en felle koude noordenwind. Die gooide vannacht een kleine dode tak vanuit een boom op ons dak - letterlijk, een knal van jewelste uiteraard maar we weten uit ervaring al hoe klein iets kan zijn om toch zoveel heibel te maken - niet van wakker liggen dus. ’s Morgens even een rondrit gemaakt naar verschillende uitkijkpunten die we vandaag voor het eerst kunnen zien zonder mist. Op sommige plekken is het uitzicht inderdaad schitterend, bossen zo ver je kan zien. Aan de west-zijde van het gebergte is echter veel bebouwing te zien - niet zo pittoresk.
Na de middag hebben we een mooie wandeling gemaakt en nadien een kampvuur aangelegd waar we samen hebben bij gezeten tot na donker. Vuur of geen vuur, het werd tè koud. Naar binnen gevlucht en daar dan maar even de verwarming opgezet. Wat een luxe ! Eigenlijk zijn we nu meer in ons sas nu we buiten kunnen zijn, in de natuur. Het bezoeken van alle bezienswaardigheden in Canada en later de VS, alles wat we hiervoor beschreven, is boeiend en de ervaring meer dan waardevol maar het buitenleven, in de natuur, spreekt ons toch meer aan. Op deze camping hadden we zeer slecht contact met onze Wifi. Hopelijk beter op de volgende camping.Gereden: 66km.
10/10 Zon, kraakheldere hemel, 1,5°C tot 14°C, minder wind. Een blik op het oliepeil meldde dat de motor wel een extra litertje kon hebben. Dat hebben we uiteraard wel bij maar uit zekerheid willen we toch enkele flessen bijhalen. Uitzonderlijk dat we olie verstoken want dit is de eerste keer in 3 jaar dat we olie moeten bijvullen. Een lek is het niet, dat weten we zeker maar waarschijnlijk heeft het te maken met de hoge toerentallen die we maken met hier berg-op en af te rijden, remmend op de motor en klimmend in lagere versnelling. We zijn even uit het park moeten rijden om de juiste olie te vinden want aan onze volgende kampplaats was die niet voorradig. Die camping, Big Meadows, zijn we ook overgeslagen omdat het vandaag feestdag is (Columbus Day + mooi weer) en je daar over de koppen kon lopen. Verder zuidwaarts naar Loft Mountain campground gereden. Daar hebben we nog een wandelingetje gemaakt. Morgen rustdag en alles wat bijwerken. Spijtig genoeg is ook hier de Wifi-ontvangst met onze hotspot nihil, misschien ook te wijten aan het uitvallen van de elektriciteit op de camping. Gereden: 116km.
11/10 Zon, bijna geen wind, 1°C later op de dag 17°C. De elektriciteit op de camping is nog steeds niet hersteld. Wijzelf hebben daar geen directe hinder van, onze zonnepanelen draaien op volle toeren, maar je merkt het ook aan bv. de toiletten, waar geen verlichting is, het spoelen van de toiletten lijdt er ook onder omdat de druk van het water is en er enkel water geleverd wordt door de hoger gelegen reserve watertanks. Het is duidelijk dat de nationale parken te lijden hebben onder besparingen, dat hadden we al eerder gemerkt en dat blijkt hier evenzo. In 2002, de laatste keer dat we in Alaska waren, werden de besparingen toen ook al merkbaar. Het is er sindsdien niet op gebeterd zo blijkt.
Vanmorgen foerageerde een White-tailed deer net voor Mwenzi. Chipmunk’s lopen hier ook rond maar de Grijze eekhoorns die we zo frequent op de andere campground zagen, hebben we nog niet gezien. Heeft waarschijnlijk te maken met de hoogte waarop we zitten en het al dan niet voldoende voorkomen van bepaalde voeding voor deze dieren. We zitten op het hoogste punt van de campground (de hoogstgelegen van het NP) op 3366 voet (+/- 1122m).
Na ons ontbijt een mooie wandeling gemaakt en daarna een kampvuur aangestoken met sprokkelhout en er lekker gaan bijzitten, boek gelezen en regelmatig getracht internet de bekomen maar dat was zinloos. We zullen moeten wachten tot we hier weg zijn want ook de blog moet bijgewerkt worden. Gereden: 0km. Rust voor Mwenzi, chauffeur en kaartlezer.
12/10 Zon, geen wind, 3,5°C tot 18°C. We wilden vandaag vroeg weg want we hadden nog wat boodschappen te doen. Via Waynesboro zijn we verder zuid-west gereden op de Blue Ridge Parkway. Deze 469 mijl lange weg loopt langs de toppen van het zuidelijke Appalachen gebergte en verbind Shenandoah N.P. met het Great Smoky Mountains N.P. Een prachtige weg, slechts twee rijvakken maar ook heel weinig verkeer en héééél bochtig. Gelukkig ligt hier de maximum toegelaten snelheid van 45mijl (72km/h) hoger dan in het Shenandoah N.P. met 35mijl (56km/h). We overnachten op een primitieve campground genaamd Peaks of Otter. We hebben weer geen Wifi en dus wordt het publiceren op de blog weer uitgesteld. Gereden 226km.